Als je serieus genomen wilt worden, moet je saaie kleren dragen? Modedoctor Aurélie vindt van niet.
Ik trek mijn kleerkast open. Noors breiwerk, midirokken, zwarte hoeden en ontelbare sjaals,… mijn bonte verzameling kleren is een schatkist van plezier, ergernis en schaamte. Elke ochtend voor de spiegel hoop ik dat ik er net díe stukken weet uit te vissen die samenvallen met mijn humeur en smaak van de dag. Een outfit die uitdrukt wie ik ben. Daarom voel ik me soms ook gefrustreerd wanneer mijn outfit niet juist voelt of wanneer ik inspiratieloos dezelfde zwarte jurk aantrek.
Het plezier en de creativiteit van het kleden schuilt in de details. Het lijkt alsof we allemaal dezelfde spijkerbroeken en T-shirts dragen, maar het verschil zit in de kleine dingen. Je moet geen ondraagbaar stuk van een avant-garde modeontwerper aantrekken om het gevoel te krijgen dat je vindingrijk gekleed gaat.
Toch zijn er erg creatieve mensen die er een sport van maken om zo sober mogelijk gekleed gaan. Steve Jobs koos bijvoorbeeld altijd voor een zwarte coltrui, Mark Zuckerberg kleedt zich altijd in een grijs T-shirt. Zuckerberg zegt over zijn uniform:‘Ik zou mijn job niet goed doen als ik aandacht zou spenderen aan dingen die onnozel of frivool zijn’. Volgens de oprichter van Facebook is aandacht besteden aan hoe je je kleedt dus onnozel en frivool. Laat staan dat de trip naar je kleerkast een vorm van creativiteit is. Wie serieus genomen wil worden, negeert zijn lichaam én zijn kleerkast.
Steve Jobs koos altijd voor een zwarte coltrui, Mark Zuckerberg kleedt zich altijd in een grijs T-shirt. Creatief? Nee.
Je ziet deze houding vooral bij mannen. Het donkere mannenpak staat symbool voor ernst, voor intellectuele diepgang en voor industriële ijver. De strakke lijnen van het pak trekken de aandacht weg van het bewegende lichaam. Men mean business. Of het nu gaat om geld of creatieve ideeën.
Voor vrouwen ligt het anders. Zij werden altijd al geassocieerd met lichamelijkheid en met aandacht voor kledij en zijn ook gevoeliger voor kritiek op kledingvlak. Daardoor besteedden ze er eeuwen geleden al meer aandacht aan, wat hen vaak het etiket opleverde van frivool te zijn en weinig diepgang te hebben op intellectueel en creatief vlak.
In de negentiende eeuw vervrouwelijkte mode en vrouwen ver-mode-lijkten. Mode én vrouwen stonden symbool voor oppervlakkigheid en voor de stoffelijkheid van het lichaam. Bovendien werd het vrouwelijke lichaam in de kunsten en de mode vaak gebruikt als ‘canvas’ om de ideeën te ‘dragen’ van de mannelijke creatieve geest. Zo zijn modellen op de catwalk in grote mate monddode kapstokken voor de creatieve uitspattingen van modeontwerpers.
Wie zo denkt, ziet geen creativiteit in kledij. Friedrich Nietzsche verwoordt duidelijk dat de ‘mannelijke’ manier van kleden superieur is. Hij schrijft in 1878 over de Europese man: “he is industrious and has little time for dressing and self-adornment […] through his costume he indicates the more learned and intellectual callings”. Deze eigenschappen plaatst hij tegenover mensen “who have not yet come to maturity as a European. European women have done so much less.”
Vandaag is het idee achterhaald dat enkel vrouwen geïnteresseerd zijn in de versiering van het lichaam. Denk even aan de vele mannencollecties in Parijs of aan de vele mode- en stijlmagazines voor mannen. Mannen hebben zich losgewrikt van het donkere pak en ontdekken terug het plezier van een gevarieerde kleerkast.
Toch denken we ook nu nog dat wie interesse toont in mode niet écht creatief is. Mannen als Zuckerberg blijven ons het oude ideaal voorschotelen dat creativiteit iets mentaals is. Creativiteit kan je niet voelen met het lichaam en uiten door middel van de tweede huid, kledij.
Elke ochtend voor de kleerkast is een nieuwe kans om vindingrijk te zijn.
Modewetenschapper Daniëlle Bruggeman illustreert dat het ook anders kan. Ze verwijst naar een column die modejournaliste Aynouk Tan (zie foto) van 2009 tot 2011 publiceerde in het wekelijkse supplement van de Nederlandse krant NRC. Door middel van tekst en beeld becommentarieerde Tan de modewereld, ontwerpers en recente modetrends. Met kledingstukken die je misschien ook in jouw of mijn kleerkast kan vinden, vermaakte Tan zich tot een typisch Nederlands schoolmeisje onder de titel Makke Schapen, stelde ze schoonheidsidealen in vraag onder de titel De Naakte Waarheid en ging ze op speelse wijze om met het werkuniform voor vrouwen (Werkkleding). Bruggeman schrijft dat creativiteit centraal staat in deze kledingpraktijken. Mode kan creatief zijn. De kleding die we aantrekken geeft ons de kracht om na te denken over wie we zijn. Het laat ons toe te experimenteren met ideeën die we hebben over onszelf.
Als we creatief willen zijn, moeten we ons lichaam en de kleding die het omhult dus niet zomaar ontkennen. Elke ochtend voor de kleerkast biedt een nieuwe kans om creatief te zijn, hoe klein en detaillistisch ook. Spijtig genoeg erkennen we deze lichamelijke vorm van creativiteit minder, omdat we nog altijd geloven in een visie die zegt dat liefde voor kledij en interesse in mode frivool en onnozel is.
Daarom de volgende oproep. Er is al genoeg uniformiteit in de wereld; laten we het uniform op kledingvlak niet promoten als noodzakelijk voor ‘echte’ creativiteit. Sta voor die kast en durf.
1 reactie
“Zuckerberg en consoorten blijven ons het oude ideaal voorhouden dat creativiteit iets mentaals is, iets dat we niet kunnen beleven of voelen met ons lichaam en uiten door middel van onze tweede huid, kledij.”
Hmpf. Wel in dit topic kan ik de auteur eigenlijk niet volgen. Ik heb nooit in de kleding van Jobs een uiting van zijn creativiteit gezien… wel in zijn haast hardnekkige overtuigingen over hoe computer systemen in het leven geïntegreerd konden worden.
Ik heb nooit Zuckerberg als creatieve geest gezien tout court.
Een vrouwelijke CEO in jeans en T-shirt zou misschien anders overkomen… Maar ik denk niet dat er mensen Zuckerberg’s kledingsstijl toejuichen als “diepzinnig”.
Ik zit dan ook in de IT en misschien geeft me dat een andere kijk op die “personages”.
Hoe dan ook, in mijn onmiddellijke omgeving en op het werk zie ik het omgekeerde. Creatievere kleding is vaak een uiting van ambitie, of ‘goesting’ in de dag, en de job.
Vooral bij de mensen die client-side werken is dit duidelijker. Sierlijke hemden voor mannen zijn geen trend, maar ook niet meer vreemd.
Mannen en vrouwen die “te” gewoontjes gekleed lopen worden verre van creatiever of scherper van geest beschouwd. Die stijl wordt bij ons vaker geassocieerd met developers of techneuten die achter de schermen werken. Zij kiezen vaak kleding in functie van comfort.
Toegegeven, bij een vrouw zou het vreemder overkomen… Maar ligt volgens eerder aan het feit dat zeer weinig vrouwen bij de developers en techneuten zitten.
Misschien dat een T-shirt voor Zuckerberg een status symbool is geworden, maar bij “ons” zou het niet werken.